Prinsjesdag 2023: wat betekenen de nieuwe kabinetsplannen voor uw bedrijf?

Hoewel Prinsjesdag voornamelijk werd gekenmerkt door de demissionaire status van het kabinet, waardoor grote plannen ontbraken, is er wel degelijk een aantal maatregelen op het gebied van energie aangekondigd dat impact kan hebben op uw bedrijfsvoering. We zetten hieronder graag de meest relevante onderwerpen voor u op een rij.

Alle energiegerelateerde onderwerpen

  • Eerste schijfgrens energiebelasting verlaagd

    Het kabinet is van plan om vanaf 1 januari 2024 de eerste schijfgrens voor het verbruik van gas terug te brengen naar 1.000 m3. Dat is nu nog 1.200 m3. Daarnaast wordt de eerste schijfgrens van elektriciteit verlaagd naar 2.900 kWh. De belastingtarieven voor zowel de eerste als de tweede schijf blijven voor gas en elektriciteit gelijk. Het is mogelijk dat dit in de toekomst nog wel wordt aangepast, indien hiervoor een wetswijziging komt.

    Dit zal met name impact hebben op het blokverwarmingstarief, dat in dat geval gelijk zal zijn aan het nieuwe tweede schijftarief. Ook heeft dit gevolgen voor de uitvoering van het woonhuisforfait bij tuinders zonder eigen aansluiting voor het woonhuis. Een tariefswijziging in de eerste schijf zal betekenen dat er rekening gehouden zal worden met meerdere zones bij het blokverwarmingstarief en het woonhuisforfait bij tuinders.

    In de eerste week van oktober wordt het Belastingplan 2024 behandeld door de Tweede Kamer. Dan zal duidelijk worden of er een tariefswijziging zal plaatsvinden van de eerste schijf voor het gebruik van gas.

    Het kabinet is ook van plan om per 1 januari 2024 de eerste schijfgrens van elektriciteit te verlagen naar 2.900 kWh. De nieuwe tweede schijf loopt dan van 2.901 kWh tot 10.000 kWh. Ten opzichte van het Belastingplan 2023 is daarin niks gewijzigd. De tarieven voor de nieuwe eerste en tweede schijf blijven gelijk. In de toekomst kunnen de tarieven alleen aangepast worden middels een wetswijziging.

    Eerste schijfgrens energiebelasting verlaagd

    Tabel: tarieven energiebelasting in eurocent exclusief btw (2023 in prijzen 2023, overige jaren in prijzen 2024). 

  • Wet fiscale maatregelen glastuinbouw

    Het kabinet presenteerde tijdens Prinsjesdag ook de Wet fiscale maatregelen glastuinbouw. In dit wetsvoorstel wordt de energiebelasting per 1 januari 2025 op twee punten gewijzigd. Het doel daarvan is om de glastuinbouwsector te stimuleren niet langer aardgas te gebruiken en over te stappen naar duurzamere alternatieven.

    In de eerste wijziging wil het kabinet tussen 2025 en 2030 de voor de glastuinbouwsector verlaagde belastingtarieven voor het gebruik van gas afschaffen.

    In de tweede wijziging wordt voorgesteld om de vrijstelling elektriciteitsopwekking tussen 2025 en 2030 geleidelijk te beperken.

    Wet fiscale maatregelen glastuinbouw

    Tabel: energiebelastingschijven van Elektriciteit en Gas tot 1 januari 2024 en de voorgestelde schijven vanaf 1 januari 2024. 

  • Aanpassing stadsverwarmingsregeling

    De opsomming van duurzame warmtebronnen die deel uitmaken van de stadsverwarmingsregeling in de energiebelasting, wordt per 1 januari 2024 geactualiseerd. Deze wordt uitgebreid met installaties die gebruikmaken van aquathermie of gasvormige biomassa en lucht-water-warmtepompen en elektrische boilers. Ook voor deze installaties geldt voortaan de stadsverwarmingsregeling, omdat ook zij bijdragen aan de verduurzaming van de warmtevoorziening.

    Door deze aanvulling op de warmtebronnen die vallen onder de stadswarmteregeling, wordt voorkomen dat het aardgas dat door deze duurzame warmtebronnen wordt belast tegen een belastingtarief. Zo wordt voorkomen dat er bij stadsverwarmingssystemen die (deels) gebruikmaken van een vergelijkbare techniek, maar niet in de opsomming van warmtebronnen is opgenomen, een belastingnadeel zou ontstaan ten opzichte van de warmtebronnen die wel in de opsomming staan vermeld.

  • Transparantie in staatssteun via energiebelasting

    Staatssteun is direct al dan niet indirect verstrekken van financiële steun aan ondernemingen door overheden. Transparantie hierover is van belang voor een correcte toepassing van de staatssteunregels, meer rechtszekerheid en een betere verantwoording. Daarom is één van de voorwaarden om staatssteun te mogen verstrekken de transparantieverplichting.

    Als onderdeel van het systeem van de energiebelasting zijn er enkele regelingen die worden gekwalificeerd als door de Europese Commissie goedgekeurde staatssteun. Het gaat om de verlaagde belastingtarieven voor glastuinbouwsector, laadpalen en walstroom. Voor deze regelingen komt er via de Transparency Aid Module (TAM) een verplichting om steunbedragen per onderneming zichtbaar te maken als de steun een drempelbedrag overschrijdt. Het drempelbedrag staat op 100.000 euro per kalenderjaar.

    Het gaat onder meer om de volgende gegevens: naam van het bedrijf, het nummer waaronder deze bij de Kamer van Koophandel is geregistreerd, of het een kleine of middelgrote onderneming betreft, de NACE-code 91 en het steunbedrag. Energieleveranciers zullen wettelijk worden verplicht om een aantal van deze gegevens te verstrekken aan de uitvoerder van deze regeling.

  • Afschaffen vrijstellingen van energiebelasting voor metallurgische en mineralogische procedés

    De energiebelasting kent een aantal vrijstellingen voor metallurgische en mineralogische procedés. Het kabinet wil deze vrijstellingen per 1 januari 2025 laten vervallen. Het gaat om elektriciteit die wordt gebruikt voor chemische reductie alsmede elektrolytische en metallurgische procedés, aardgas dat wordt gebruikt voor metallurgische procedés en aardgas dat wordt gebruikt voor mineralogische procedés.

  • Vrijstelling blijft voor de productie van waterstof door middel van elektrolyse

    Zonder (behoud van) de vrijstelling van energiebelasting zou de productie van waterstof door middel van elektrolyse dubbel worden belast. De reden daarvoor is dat waterstof binnen de regelingen van de energiebelasting wordt aangemerkt als aardgas en daardoor energiebelasting verschuldigd is bij levering aan de eindgebruiker. Zonder deze vrijstelling zou een ongelijke fiscale behandeling ontstaan van duurzame waterstof ten opzichte van elektriciteit en gas. Het kabinet vindt dit onwenselijk, omdat het waterstof als duurzame energiedrager wil stimuleren. Door de productie van waterstof door middel van elektrolyse vrij te stellen van energiebelasting, wordt voorkomen dat er sprake is van ongelijke behandeling ten opzichte van gas en elektriciteit.

Ook interessant voor u?