Het warmte-etiket biedt inzicht
Bekijk het warmte-etiket van 2024. Het biedt per regio waar we in Nederland warmte en koude leveren een overzicht van de herkomst van onze stadswarmte en -koude. Zoals aardgas, afval, biomassa of iets anders.
Verhuis je naar een bestaande woning in Nijmegen? Of wordt je woning op stadswarmte aangesloten? Doe dan de postcodecheck en bereken je maandbedrag. Daarna kun je direct je contract afsluiten.
In 2023 stootten woningen en andere gebouwen die aangesloten zijn op de warmtenetten van Vattenfall in Arnhem, Duiven en Westervoort gemiddeld 66% minder CO2 uit dan wanneer ze met een HR-gasketel verwarmd zouden zijn.
Gemiddeld 66% minder CO2-uitstoot staat gelijk aan 7.415 ton minder CO2-uitstoot door stadswarmte vergeleken met HR-gasketels (met een gemiddeld rendement van 87%).
In 2023 hadden we op het warmtenet van Nijmegen 8.836 aansluitingen voor kleinverbruik en 86 voor grootverbruik.
Als we de aansluitingen in Nijmegen in 2023 omrekenen naar woningen zijn dat er 9.491.
CO2 staat voor koolstofdioxide. Dit is een (broeikas)gas dat van nature in onze atmosfeer voorkomt. Door het verbranden van fossiele brandstoffen, zoals aardgas, komt er CO2 vrij. Teveel CO2 in onze atmosfeer is niet goed voor het milieu (Bron: Milieu Centraal).
We berekenen de CO2-uitstoot per geleverde GJ warmte en vergelijken dat met de CO2-uitstoot van een HR-gasketel voor eenzelfde hoeveelheid warmteafgifte. Zo kunnen we het verschil in de CO2-uitstoot bepalen. De manier waarop we dit berekenen komt overeen met de methodiek van de rapportageverplichting uit de Warmtewet, waarbij we gebruik maken van de Tabel gegevens duurzaamheidsrapportage warmtenetten. Onafhankelijk onderzoeksbureau TNO valideert tweejaarlijks onze berekeningen van CO2-emissies door warmte, de laatste keer in 2024. TNO stelde toen vast dat de CO2-emissie die Vattenfall voor het jaar 2023 had berekend overeenkomt met de door TNO berekende CO2-emissie.
Uitleg en verantwoording bij CO2-uitstoot
Voor elke warmtebron gebruiken we een eigen berekening om de CO2-uitstoot te bepalen. In de rapportageverplichting vind je hier meer informatie over. Per warmtebron gebruiken we voor de berekening werkelijke meetgegevens. Denk hierbij aan de elektriciteit en brandstof die gebruikt wordt om de warmte op te wekken. Maar ook de CO2-uitstoot die bijvoorbeeld wordt toegekend aan de elektriciteit die nodig is voor het rondpompen van het water in de leidingen. Omdat het uiteindelijk gaat om de daadwerkelijk geleverde warmte per GJ aan onze klanten nemen we ook het warmteverlies mee in de berekeningen.
Bekijk het warmte-etiket van 2024. Het biedt per regio waar we in Nederland warmte en koude leveren een overzicht van de herkomst van onze stadswarmte en -koude. Zoals aardgas, afval, biomassa of iets anders.
Bij de afvalverbrandingsinstallatie van de ARN wordt met de verbranding van restafval warmte opgewekt. Deze wordt ook gebruikt om water voor het warmtenet in Nijmegen te verwarmen.
De hulpwarmtecentrale zetten we alleen in als extra warmtebron wanneer dit nodig is. Bijvoorbeeld wanneer er heel veel vraag is naar warmte, dat heet ook wel piekwarmte. Of als er een storing is in de warmtekrachtcentrale. Zo zorgen we voor betrouwbare warmtelevering in Nijmegen.
We zijn aan het onderzoeken of we thermische energie uit afvalwater (TEA) kunnen inzetten als warmtebron voor het warmtenet in Nijmegen.